Een aantal weken geleden – bij nakijken zie ik dat het maart was – volgde ik een workshop van Bibliotheek IJmond. Totaal niet in mijn regio maar het internet brengt je nog eens ergens. Auteur en redacteur Maria Genova gaf de workshop, ‘Korte verhalen schrijven’.
Leuke tips over beeldend schrijven, het toepassen van de tijd in je verhaal en manieren om je verhaal sterker te maken. Geen sterk verhaal als in een broodje aap, maar eentje die op een stevig fundament staat.
In dezelfde periode van de workshop had de bibliotheek ook een schrijfwedstrijd lopen. Meer info over de achtergrond van de wedstrijd lees je hier. Klik maar even, is op leuke wijze ontstaan :-).
Ik deed mee om de tips van Maria gelijk in de praktijk te kunnen toepassen. De titel lag vast, de inhoud open voor interpetatie. Lees hieronder mijn versie van De boekentas voor mevrouw Taekema.
Niet perfect en ook niet gewonnen, maar leuk om te doen. Klik hier om het winnende verhaal te lezen, die mevrouw Taekema maakt wat mee…
De boekentas van mevrouw TAekema
‘Geef me die tas! Nu!’ Katy zit ineengedoken in een auto. In haar armen de tas die ze vond bij de bushalte. Ze denkt terug aan eerder die ochtend. Had ze geweten hoeveel ellende een simpele boekentas haar zou brengen was ze zonder omkijken de bus ingestapt en was die tas gewoon blijven staan.
Maar nee, Katy van der Drom, altijd eerlijk en hulpvaardig. Natuurlijk laat ze niet iemands eigendom zomaar verregenen, dus had ze de tas opgepakt en deze op haar schoot omgekiept in de hoop de eigenaar te identificeren. Een stapel zware boeken met nietszeggende titels viel eruit, papiertjes van kauwgum voor een frisse adem en een afgescheurd notitieblaadje. Marlies T… was nog net te lezen. Katy dacht dat de volgende letter een a was, maar misschien ook wel een o? Marlies Ta of To… dat bracht haar geen stap verder.
In de verte ziet ze de bus aankomen die haar naar het centrum zal brengen. Ze propt de boeken terug in de tas en besluit deze in te leveren op het gemeentehuis, iemand zou zich vast wel melden. Ze stapt de bus in en ziet nog net dat er een man aan komt lopen, die al kauwgom kauwend en met zijn blik gefixeerd op de tas op een afstandje blijft staan kijken. Net voor de bus weg rijdt trekt de man een sprintje en maant de buschauffeur tot stoppen. Ook hij stapt in en neemt plaats vlak achter Katy. Katy voelt hoe hij naar haar kijkt, ze draait zich abrupt om en kijkt recht in zijn ogen. Met een grijns op zijn gezicht kijkt hij terug, tot hij zijn blik afwend en in de verte staart.
Ze voelt zich ongemakkelijk maar besluit de rol van hulpvaardig meisje verder uit te spelen: ‘Ik zag u naar deze tas kijken, is die toevallig van u?’ De man grijnst en schudt bedachtzaam zijn hoofd. ‘Ik zou er maar heel voorzichtig mee zijn, als ik jou was.’
Hij speelt een vreemd spelletje met haar. Wanneer Katy aanstalten maakt om uit te stappen, staat hij ook op. Ze heeft geen zin om alleen met hem op straat te staan dus ze blijft zitten tot de volgende halte. De man gaat ook weer zitten. Dit gaat zo door voor de volgende drie haltes. ‘Eindpunt van lijn 16, P+R punt West, iedereen uitstappen. Deze bus rijdt niet verder.’ Katy heeft duidelijk geen andere keuze dan, met de boekentas onder haar arm, uit te stappen. De man stapt ook uit. Hij kijkt uitgebreid om zich heen, alsof hij de omgeving scant op iets of iemand. Dan pakt hij Katy bij de arm en onder zachte dwang duwt hij haar naar de parkeerplaats.
De man pakt met zijn vrije hand een autosleutel uit zijn zak en gebaart naar Katy dat ze op de passagiersstoel van een grijs busje moet plaatsnemen. Ze weet niet goed of ze bang moet zijn of niet, alles gaat zo snel. Voor ze het weet heeft de man de tas van haar overgenomen. Hij haalt een van de boeken uit de tas en legt deze open op zijn schoot. Katy slaat van verbazing haar handen voor haar mond. In plaats van pagina’s van een roman ziet ze een uitgesneden gat, gevuld met diamanten.
‘Jij had deze tas nooit mogen vinden, mevrouw Taekema is een gevaarlijke vrouw. Ze heeft de diamanten laten stelen, maar de koerier is een onbenul en kwam aan met gewone bibliotheekboeken in plaats van deze kostbare vracht. Nu moeten we zorgen dat we veilig bij de politie aankomen.’ Hij stopt de boeken wederom terug in de tas en gaat verder: ‘Het spijt me als ik je bang heb gemaakt in de bus, ik moest zeker weten dat je niet bij haar hoort. Doe je riem om, dan gaan we snel naar het bureau.’
Op het moment dat hij de auto wil starten, stopt er een sportwagen recht voor de bus. Ze kunnen geen kant meer op. Een oude vrouw stapt uit, ze beweegt veel soepeler dan je van iemand op leeftijd zou verwachten. Ze heeft een pistool in de hand en loopt naar het busje van de man.
De man duwt de tas richting Katy en schreeuwt: ‘Rennen meissie, ik hou me wel met haar bezig.’ Maar Katy rent niet, ze zit versteend in haar stoel met de tas tegen zich aan gedrukt.
Ze ziet hoe Marlies Taekema zich omdraait en het pistool haar kant op richt: ‘Geef me die tas! Nu!’